Skip to main content
Uncategorized

Stroop de mouwen op

By april 14, 20145 Comments

In het rapport Naar een lerende economie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) worden we gemaand om gepast ongerust te zijn. Het rapport beschrijft een lezenswaardige zoektocht naar toekomstige euro’s in een dynamische en onvoorspelbare wereld. De diepere wijsheid van het rapport ligt in een pagina’s lang pleidooi om onderwijs nadrukkelijk op het schild te heffen als urgente factor in het slagen van die zoektocht.

Transformeer het onderwijs naar een postindustriële opzet. Laat het vertrekpunt de individuele mogelijkheden van het kind zijn en niet het klassikale lesmodel. Ga uit van een individueel gericht dienstverleningsconcept in plaats van een industriële oriëntatie. Het halen van doelstellingen moet centraal staan, niet het uitgangspunt dat iedereen per se even lang op school moet zijn. Tijd- en plaatsonafhankelijk onderwijs zou realiseerbaar moeten zijn. Onderwijs moet geen grote disciplineringsoefening zijn om mensen geschikt te maken om te werken in grote bedrijven, enz. enz.

De vorige alinea is geen droge herhaling van eerdere zinnen in mijn columns, maar is taal die letterlijk zo in het rapport van de WRR staat. Een dergelijk verlicht schrijfsel krijgt meteen een permanent plekje bij mijn favorieten.

En toen was het wachten op de kabinetsreactie. Mijn verwachtingen waren hoog gespannen. Een dergelijk advies is voor bewindslieden in tijden van onophoudelijk negatief gekrakeel over hun beleid toch een waar kadootje meende ik. Een levensgroot spandoek met waarheden die al jaren een gesel zijn voor hun politiek correcte en dus kortzichtige beleid, maar die nu opeens mogen. Een rapport van niet zomaar een clubje vrijetijdsdenkers, nee, hun hoogste adviesraad koppelde hier het belang van gemoderniseerd onderwijs uiterst zorgvuldig en vanzelfsprekend aan economische groei. En onder die noemer mag zowat alles in Nederland. Inkoppen dus.

De laatste week van februari kwam de reactie van het kabinet. Kort samengevat: een aantal voorstellen van de WRR wijzen we af en de rest doen we al. Pardon? Doen we al? Laat me die ministeriële brief lezen waaruit blijkt dat we opstomen naar een postindustrieel model waarin de maat van ieder kind uitgangspunt is. Of die toezegging aan de Kamer waarin staat dat toetsen in het vervolg ten dienste staan van de brede ontwikkeling van het individuele kind en niet langer worden misbruikt om groepen en scholen te stigmatiseren. Of de Staatscourant met de officiële bekendmaking dat het toezichtskader van de Inspectie gereduceerd is tot één zin: ‘Wat is het beste voor deze leerling?’

Ik vrees dat geen enkel document voorhanden is. Dat we nog steeds te dealen hebben met een politiek die zegt ruimte te bieden aan scholen, maar dit met zoveel verantwoordingsmechanismen en industriële voorwaarden gepaard laat gaan dat ze op die manier hun greep op de scholen juist versterken.

Als een WRR het al niet voor elkaar krijgt om in een tijd die overrijp is voor verandering onze Haagse stamhoofden te laten bewegen, wie dan wel? Wijzelf natuurlijk! Opstropen die mouwen, visies bundelen en inzet maken van een landelijke transitieagenda. Wordt vervolgd!

 

Deze column is verschenen in het aprilnummer van ‘van 12 tot 18’

 

Jan Fasen

Author Jan Fasen

More posts by Jan Fasen

Join the discussion 5 Comments

  • Reblogged this on Dick van der Wateren's Blog and commented:
    Een hartekreet van schoolleider Jan Fasen, waarin hij leraren oproept zelf het roer om te gooien in het onderwijs en niet langer af te wachten of de overheid de met de mond beleden intenties in praktijk gaat brengen.
    Aan de slag dus!

  • hminkema schreef:

    “Met zoveel verantwoordingsmechanismen en industriële voorwaarden”.

    Laten we feitelijk vaststellen dat het hier om een SELECTIE van verantwoordingen gaat. En wel een selectie die OCW en de schoolbesturen goed uitkomt.

    De school hoeft een aantal kerncijfers NIET te verantwoorden waar nu juist menig burger belang in stelt:
    – de klassengrootte (gemiddeld of mediaan)
    – de besteding van de lumpsum (aan lesgeven en aan andere zaken)
    – het percentage door bevoegde leraren gegeven lessen.

    Bij de zoektocht naar een geschikte vo-school voor mijn kind kon ik op deze kerncijfers niet selecteren. Schoolleidingen houden ze geheim, en OCW vindt dat prima zo. Van Bijsterveldt ontmantelde zowel de website onderwijsincijfers.nl met informatie over klassengrootte, het lerarenteam en financiën, en ze ontmantelde de website http://www.bevoegd.nl waar haar voorganger bevoegdheidscijfers op schoolniveau had geplaatst. Die cijfers mogen we niet weten, en dat is bewust beleid.

    Het is opmerkelijk dat bij ‘zoveel verantwoordingsmechanismen en industriële voorwaarden’ de genoemde kerncijfers schitteren door afwezigheid. Het is nog opmerkelijker dat geen van de betrokken bewindslieden en de politieke partijen die hen voortbrachten, zich op deze omissie laat aanspreken. Nog afgelopen week stemden PvdA en VVD tegen een motie om de Rekenkamer de doelmatigheid van de 40 miljard lumpsum te laten onderzoeken.

    Wat niet weet, wat niet deert. Althans: wat de policiti niet deert.

    De kinderen, dat is een ander verhaal.

  • ruud van diemen schreef:

    Beste Jan, in ėėn woord: eens!. Ik zie meer en meer dat er goede initiatieven vanuit de werkvloer ontstaan als tegenwicht voor het beleid. Wordt het niet eens tijd dat we als schoolleiders onze krachten gaan bundelen. Groots denken en klein beginnen?

Leave a Reply