Als een school in het nieuws komt vanwege inzet van iPad’s in haar lessen geeft dat meestal een hoop reuring. Voor- en tegenstanders buitelen onmiddellijk over elkaar heen. De niets vermoedende luisteraar zal graag geloven dat hier een diepe betrokkenheid met de gebruikers van ons onderwijs achter schuil gaat. Maar het blijven oppervlakkige praatjes over techniek, over dingen verpakt in meningen, overtuigingen en frustraties. Het zijn geen dialogen over de moderne ontwikkeling van jonge mensen, die zich helemaal niets afvragen bij alles wat met een i begint, maar het gewoon gebruiken. Ze weten er hun leven mee te verrijken. Behalve in school. Want daar mag of kan het niet.
Het is een haast absurde constatering. Ik heb moeite om niet weer te beginnen over de fnuikende gevolgen voor onze leerlingen, wanneer we dit gapende gat tussen leer- en leefwereld niet snel dichten. Het land zal te klein zijn wanneer bekend zou worden dat hier en daar nog leerlingen ’s morgens voor dag en dauw kolen moeten scheppen om de school te verwarmen. Maar wat is in deze tijd het verschil tussen de vanzelfsprekendheid van gas, water en licht en die van een uitstekende en toegankelijke ICT omgeving in een school? Geen zou ik zeggen. ICT is net als gas, water en licht een nutsvoorziening die voor iedereen altijd ter beschikking moet staan. Voor leerlingen is de toegang tot en beschikbaarheid van ICT faciliteiten allang geen middel meer, maar een doel. Volwassenen kunnen nog kiezen om de belastingaangifte analoog of digitaal in te vullen. Leerlingen straks niet meer. Van de overheid verwacht ik dan ook harde euro’s, zodat leerlingen in scholen in permanente verbinding met de wereld kunnen staan. Schoolleiders en leraren zou ik willen verleiden om op school dezelfde geestdrift aan de dag te leggen die ze thuis ervaren, wanneer daar de wereld via allerlei devices hun huiskamer binnen komt. Er zijn inmiddels uitstekende instrumenten beschikbaar die leraren helpen om met diezelfde devices hun pedagogisch didactisch handelen uit te breiden. Om hun onderwijs zo te organiseren dat de leervraag en –stijl van de leerling leidend wordt. De creativiteit, zelfstandigheid en motivatie van leerlingen wordt aantoonbaar geprikkeld in een afwisselende cocktail van fysieke nabijheid en onbegrensde toegang tot mensen en kennis in de wereld. Een schare collega’s staat inmiddels te popelen om hun ervaringen op dat vlak te willen delen. Maar wacht er niet meer te lang mee, want Kamerleden loeren op hun kans om het wat en hoe van ICT-gebruik in scholen in stenen tafelen te beitelen en dan zijn we verder van huis.
De technologie is zover dat we alle problemen in het onderwijs kunnen oplossen. Het enige dat ons te doen staat is die technologie zonder schaamte en terughoudendheid dienstbaar te maken aan dat onderwijs. Wanneer ons dat lukt zal dat vast groot nieuws zijn. Maar waarom? Een school die nu nog steeds niet met iPad’s werkt…….dat zou eigenlijk pas nieuws moeten zijn.
Deze column is eerder gepubliceerd in maandblad voor voortgezet onderwijs Van 12 tot 18.